De begraafplaats wordt in 1821 gesticht op een oude wal van het verdedigingsbolwerk de Ommerschans. Ze ligt aan de zuidkant richting Ommen en biedt plaats aan ongeveer 5500 graven, waaronder 500 kinderen. De indeling van de begraafplaats is overzichtelijk. Katholieken links (gewijde grond), protestanten rechts. De grafstenen vooraan zijn van personeelsleden van de Straf-en bedelaarskolonie en hun familie. De overleden kolonisten zijn zonder markering op het achterste deel begraven. De witte kruizen zijn van bewoners van de latere tbs-kliniek Veldzicht.
We lichten er één bijzonder verhaal uit. Op 15 oktober 1889 wordt de dertienjarige Sientje Hoogenberk, dochter van een kolonist, vermoord door een verpleegde van het Rijksgesticht Ommerschans. De moord zorgt voor veel ophef in de gemeenschap. Haar rustplaats is goed herkenbaar door de vlinders die op de grafzerk zijn aangebracht.